NVMP pleit voor onderzoek naar en een verbod op het militair gebruik van verarmd Uranium
Het Westen levert wapens, tanks en munitie aan Oekraïne in de strijd tegen Rusland. Groot-Brittannië maakte onlangs bekend veertien Challenger-2 tanks aan Oekraïne te leveren. De munitie daarbij bevat verarmd uranium (Depleted Uranium, DU).
Verarmd uranium komt uit de civiele nucleaire industrie en is een restproduct van uraniumverrijking, onder andere bij Urenco. Uranium heeft een hoge dichtheid (twee keer zo zwaar als lood) en daardoor heeft munitie met uranium een groot doordringend vermogen. Behalve dat het zware metalen zijn, is de munitie daarmee ook licht radioactief. DU wordt sinds de jaren vijftig van de vorige eeuw toegepast in conventionele wapensystemen. Sinds het gebruik in oorlogen, voor het eerst in 1991 tijdens de Golfoorlog, is dit alternatief voor wolfraam omstreden.
De Britse Challenger-2 tank
Factsheet Verarmd Uranium (DU):
Wetenschappers gaan er van uit dat de toxische werking van verarmd uranium-munitie op de menselijke gezondheid nog lang na afloop van een conflict merkbaar blijft. Verarmd uranium is laag radioactief en die radioactiviteit is geen groot probleem zolang de munitie intact blijft. Dat is anders als het vrijkomt in kleine (stof)deeltjes, die bijvoorbeeld ontstaan bij een inslag. Bij de inslag van een met uranium verzwaarde antitankgranaat wordt het uranium tot enkele duizenden graden verhit en verdampt gedeeltelijk. Hierna slaat dit verdampte uranium in de vorm van fijne uraniumdeeltjes weer neer. Nu heeft de door deze deeltjes uitgezonden alfastraling weliswaar de eigenschap dat het in lucht weinig doordringingsvermogen heeft, maar de schadelijk werking van deze straling neemt zeer snel toe wanneer men dichter bij de bron komt. Daarom is het zeer aannemelijk dat neergeslagen uraniumdeeltjes (klein, maar zeer veel groter dan opgeloste moleculen) wanneer ze worden ingeademd en rechtstreeks in contact komen met menselijk weefsel daarin grote schade kunnen aanrichten. DU wordt door een aantal onderzoekers als oorzaak gezien van het zgn. Golfoorlogsyndroom bij militairen en de frequente geboorteafwijkingen in Irakese gebieden waar DU-munitie is gebruikt.
Daarbij is de schade aan het milieu onmeetbaar omdat deze radioactieve deeltjes opgenomen kunnen worden in de voedselketen via de geteelde gewassen en terecht kunnen komen in grond- en drinkwater.
Volgens de Britse regering echter is tot op heden door de WHO geen causaal verband vastgesteld tussen blootstelling aan verarmd uranium en gezondheidsklachten. Anderen menen dat er wel sprake is van een causaal verband, ook al is die nog niet significant aangetoond door gebrek aan wetenschappelijk onderzoek. Dat heeft ook wel geleid tot de opmerking ‘Don’t look, don’t find’ (de struisvogelpolitiek).
De centrale vraag is of landen niet bij voorbaat het voorzorgsprincipe zouden moeten hanteren om mogelijke schadelijke gevolgen door uraniumhoudende munitie (kanker, neurologische aandoeningen) in de toekomst te voorkomen.
Verenigde Naties en DU:
In de Verenigde Naties houdt men de vinger aan de pols en elke twee jaar passeert er een Resolutie over DU. De laatste was: Resolution adopted by the General Assembly on 7 December 2022
77/49. Effects of the use of armaments and ammunitions containing depleted uranium.
Deze resolutie legt de nadruk op het belang van transparantie en samenwerking tussen staten en roept staten op om informatie en onderzoeksresultaten te delen om de gezondheids- en milieueffecten van wapens met verarmd uranium beter te begrijpen. De resolutie erkent ook de belangrijke rol die internationale organisaties, zoals de Internationale Organisatie voor Atoomenergie (IAEA) en de Wereldgezondheids organisatie (WHO), kunnen spelen bij het aanpakken van het probleem van wapens met verarmd uranium. Het roept staten op om nauw samen te werken met deze organisaties om ervoor te zorgen dat de best beschikbare wetenschappelijke en medische kennis wordt gebruikt om het probleem aan te pakken. Een andere nadruk in de resolutie, die vooral oproept tot een voorzorgsbenadering van het gebruik van verarmd uranium, is de noodzaak om burgers en het milieu te beschermen tegen de schadelijke effecten van wapens met verarmd uranium. De resolutie dringt er bij staten op aan alle nodige maatregelen te nemen om de milieu- en gezondheidseffecten van deze wapens aan te pakken, waaronder het verstrekken van medische zorg en het opruimen van verontreinigde locaties. Dit is een belangrijke stap om ervoor te zorgen dat degenen die het meest door deze wapens worden getroffen, de steun krijgen die ze nodig hebben.
Alleen Groot-Brittannië, Israël, Frankrijk en de Verenigde Staten stemden tegen de resolutie.
De NVMP werkte al in 2008 samen met Het documentatie- en onderzoekscentrum kernenergie, LAKA, bij de organisatie van een Expert Meeting waarbij experts Prof. Dr. Keith Baverstoc en, Dr. Avril McDonald de Vaste Kamercommissie voor Defensie voorlichtten over de gevaren van Verarmd Uranium.
De NVMP pleit ervoor:
* Nederland, conform de VN-resolutie, onderzoek doet naar de gezondheids- en milieueffecten van wapens met verarmd uranium
* Nederland een officieel verbod instelt op productie en gebruik van verarmd-uranium wapens; België deed dat reeds in 2007.
* Nederland analoog aan het reeds bestaande verbod op het financieel investeren in landmijnen en clustermunitie, een verbod instelt op het investeren in verarmd-uranium wapens;
* Nederland stappen onderneemt om in breder verband te komen tot een algemeen verbod op verarmd-uranium wapens binnen de NAVO;
De NVMP heeft hierover een brief geschreven aan de ministers Ollongren (Defensie) en Hoekstra (Buitenlandse Zaken)
Het ‘Report of the Expert Meeting on the Risks of Depleted Uranium use in Weapon Systems’ is nog op te vragen bij het NVMP-bureau via Email: office@nvmp.org, Tel. 0642009559.